Films in de bioscoop: 24 of 48 frames?
Sinds de introductie van geluid bij films in 1927 worden films uitgezonden met 24 frames per seconde. Ruim tachtig jaar is het de standaard gebleven, maar afgelopen week ging The Hobbit in première met een versie met 48 frames per seconde. Gaat dit de nieuwe standaard worden in de bioscoop?
In de tijd van de geluidloze film was er geen standaard voor de framerate (het aantal frames per seconde: fps). De ene film had een framerate van twaalf fps, een ander 26 fps. De verschillen ontstonden door verschillende standaarden tussen de studio’s.
Dit veranderde toen het geluid in de film werd geïntroduceerd. De verschillende framerates zouden ervoor zorgen dat het geluid niet synchroon liep met het beeld. De oplossing was een standaard framerate die in 1927 werd geïntroduceerd. Tot op de dag van vandaag is daar niets aan veranderd.
Is het überhaupt nodig om de framerate te verhogen? Om die vraag te beantwoorden is het eerst zaak om beeldprojectie en de werking van het brein in kaart te brengen.
Bij 24 fps probeert ons brein de 24 frames op een logische manier te verwerken. Ons brein zorgt ervoor dat de gaten tussen de frames worden ingevuld. Hierdoor krijg je dus een vloeiende beweging. Hoe hoger het aantal frames per seconde, hoe minder ons brein hoeft in te vullen. Hierdoor lijkt het beeld scherper zoals onderstaande beelden laten zien.
Afgelopen week ging The Hobbit in première (klik hier voor de recensie) in zowel een 24 fps-versie als een hogere 48 fps-versie en Netwatcher ging naar beide toe om de verschillen helder te krijgen.
De eerste minuten van de film van de 48 fps-versie zijn indrukwekkend te noemen. De details komen prachtig naar voren, maar het is daarnaast ook heel erg wennen. De beelden lijken heel snel te gaan, waardoor het bijvoorbeeld lijkt dat de scene waarin Bilbo door zijn huis loopt versneld is afgespeeld.
Dit geldt gelukkig alleen voor de eerste paar minuten, daarna went de snelheid en is het genieten geblazen. De fantasiewereld uit Midden-Aarde ziet er een stuk indrukwekkender uit dan in Lord of the Rings (ook deels te danken aan de 3D-beelden) en ook het personage Gollum komt beter tot zijn recht. Gedeeltelijk te danken aan de verbeterde animatietechnieken, maar toch kwam Gollum in de 48 fps-versie nog beter tot zijn recht dan in de 24 fps-versie.
Het grootste voordeel en tegelijk nadeel van de hogere framerate is het hogere detailniveau. Het voordeel spreekt voor zich, maar het nadeel ligt vooral op het gebied van de computeranimaties. In bepaalde scenes zitten shots die in de 48 fps-versie duidelijk geanimeerd lijken, terwijl dit is de 24 fps-versie amper zichtbaar zijn.
Wat verder nogal eens wordt genoemd is dat er minder sfeer in de film zit bij de hogere framerate. Dit kan natuurlijk een stukje gewenning zijn, maar in The Hobbit leek de sfeer er beter in te zitten bij de 24 fps-versie. Overigens keek ik de film bij de 24 fps-versie voor de tweede maal, dus dat kan natuurlijk ook meespelen in dat gevoel.
Voorlopig geven wij een voorzichtige voorkeur aan de 48 fps-versie. Het is even wennen en daardoor kleven er ook wat nadelen aan, maar het ziet er verder beeldschoon uit. Aan de animators nu alleen nog de taak om ook de animaties op het hoge niveau te krijgen.
Dit artikel is eerder gepubliceerd op Netatcher.nl (webarchive link).